Relatie tussen jongeren en begeleiders in Jeugdhulp sterker dan corona: band blijft even nabij
Jongeren in de Jeugdhulp voelen zich nog steeds even sterk verbonden met hun begeleiders als voor de start van de coronacrisis. Dat blijkt uit een bevraging van SOS Kinderdorpen en het agentschap Opgroeien. Familie, vrienden en school werden de afgelopen maanden het hardst gemist.
Met de steun van het agentschap Opgroeien ging SOS Kinderdorpen afgelopen zomer het gesprek aan met 43 jongeren en 76 begeleiders in de Jeugdhulp. De resultaten van die bevraging tonen aan dat de coronamaatregelen jongeren en begeleiders dichter bij elkaar heeft gebracht. “70% van de bevraagde jongeren die opgroeien in een jeugdvoorziening of alleen wonen met ondersteuning, geeft aan dat de band met de begeleiding even sterk is of sterker is geworden sinds de start van de coronamaatregelen. Bij de begeleiding is dat zelfs 92%.”, zegt Hilde Boeykens, directeur van SOS Kinderdorpen. “Die relatie is het meest kostbare van de jeugdhulp. En de gedwongen sociale afstand kon er gelukkig niet tussenkomen, integendeel! We merken dat zowel jongeren als begeleiders zich door corona moesten aanpassen aan een nieuwe manier van samenleven. Het onderlinge respect en geloof in elkaar is daardoor gegroeid. Door het wegvallen van vaste structuren kwam er plots meer ruimte vrij om op een fijne en ongedwongen manier tijd door te brengen met elkaar. Jongeren trokken zich op aan waardevolle momenten die ze konden delen met hun begeleiders: samen wandelen, samen Netflix kijken, samen spelletjes spelen... Zo hielden ook zij het vol op moeilijke momenten.”
“Dankjewel aan iedereen die er voor ons is, ondanks de moeilijke omstandigheden. Dankjewel om me te ondersteunen in de keuzes die ik maakte. Het doet me goed te weten dat ik er niet alleen voor sta en dankzij jullie is het me dan ook gelukt. Jullie hebben me de kracht gegeven om te blijven vechten.”
Jongere
Jongeren toonden veerkracht en doorzettingsvermogen
De bevraging toont aan dat corona ook heel wat uitdagingen met zich meebracht voor jongeren. “Uit de reacties blijkt dat jongeren vooral het contact hebben gemist met hun familie en vrienden.”, zegt Niels Heselmans, woordvoerder Jeugdhulp van Opgroeien. “Voor jongeren die opgroeien in een jeugdvoorziening was er plots geen bezoek meer mogelijk. Ze konden hun broer, zus, mama of papa maandenlang niet meer knuffelen en mochten niet meer samen sporten met hun vrienden uit andere leefgroepen. Van de ene op de andere dag werden ze afgesneden van de buitenwereld en waren ze op zichzelf en hun begeleiders aangewezen. Zowel voor jongeren als hun ouders is het een beproeving geweest en die beproeving is er nog steeds. Toch merken we dat jongeren en begeleiders er meestal in slagen de moed niet te verliezen en met de nodige portie creativiteit en geduld positief te blijven. We kunnen alleen maar heel veel waardering en respect tonen voor de veerkracht en het doorzettingsvermogen van onze jongeren en de inzet en betrokkenheid van hun begeleiders. Tegelijk schuilt er een nieuwe uitdaging om de hoek: er zijn voor jongeren die het de afgelopen tijd extra moeilijk hebben gehad. Jongeren bij wie de lockdown er hard heeft ingehakt en voor wie we als samenleving in volle coronastrijd te weinig oog hadden. Voor hen moeten we de komende maanden dezelfde inzet en betrokkenheid aan de dag blijven leggen, elke dag.”
“Ik kan mijn zus niet meer bezoeken. Ik mis haar.”
Jongere
Blijf gamen en netflixen, liefst samen
Corona daagde jeugdhulporganisaties uit om na te denken over hun werking en creatief aan de slag te gaan. Die nieuwe inzichten zullen blijven, ook als de coronamaatregelen verder versoepelen. “Begeleiders geven vooral aan dat ze meer leuke activiteiten willen delen met jongeren, hen meer aandacht en tijd willen geven”, zegt Hilde Boeykens van SOS Kinderdorpen. “Heel wat jongeren kregen meer inspraak bij het samenleven in groep, bij het hulpverleningstraject en voelden dat aan als een verrijking. Voorzieningen doorbraken de grenzen van wat gewoon was en konden terugvallen op hulp van buurtbewoners en de rest van de samenleving. Onze hoop is nu dat we die lijn met z’n allen doortrekken: blijf plaats maken voor het gewone in het ongewone. Blijf er voor hen zijn, ook als straks alles opnieuw begint. Blijf spelen, wandelen, gamen, netflixen… liefst samen. Blijf jongeren inspraak geven in wat werkt en wat niet. Want dat is wat deze jongeren zo hard nodig hebben.”
Niels Heselmans
Michael De Leener
Download hier het volledige rapport
PDF - 817 Kb